Soepstengels zijn vaak snack bij uitstek vanwege hun handige vorm en omdat ze gemakkelijk mee te nemen zijn. Ze zijn lekker en knapperig en dus perfect om te dippen in spreads en patés.
En dat ze heel gemakkelijk zelf te maken zijn, is al helemaal een pluspunt. Kneed het deeg, laat het rijzen, rol het uit en snijd het in repen, vorm daar stengels van en bestrooi ze met zaden naar keuze. Even in de oven en klaar!
Ingrediënten:
- 250 g bloem
- 120–150 ml water
- 50 ml olie
- 1 tl droge gist
- 1 tl suiker
- 1 tl zout
- 1 ei
- sesamzaad
DEEGBEREIDING
- Doe de bloem in een kom en maak een kuiltje in het midden
- Giet het water en de olie in het kuiltje en voeg suiker, gist en zout toe.
- Meng alles door elkaar en kneed er een soepel, glad deeg van. Gebruik desgewenst een mixer.
- Dek de kom goed af met een deksel, huishoudfolie of een vochtige theedoek.
- Laat het deeg 30 minuten rijzen.
SOEPSTENGELS VORMEN
- Verplaats het gerezen deeg naar een werkoppervlak.
- Verdeel het deeg in twee stukken en rol elke helft uit tot een rechthoek met een dikte van 0,5 cm.
- Gebruik een pizzaroller om de rechthoeken in vingerbrede stroken te snijden.
- Rol de stroken tussen de handpalmen om er ronde stengels van te maken.
- Leg de stengels op een met bakpapier bedekte bakplaat.
BAKKEN
- Verwarm de oven voor tot 200 °C.
- Klop het ei en gebruik een deegkwast om de soepstengels met ei te bestrijken.
- Bestrooi de stengels met sesamzaad en laat ze voor het afbakken 20 minuten rusten.
- Bak de stoepstengels 15 tot 20 minuten totdat ze een goudgeel kleurtje hebben.
Laat de soepstengels afkoelen, serveer er uw favoriete spread of paté bij en smullen maar!
